LetsCo!
Door ‘LetsCo!’ kom je meer te weten hoe de Letsel-onderwijsdeskundigen hun werk en casussen ervaren, en hoe ze deze uitdagende verhalen tot een goed einde brengen. Dit maal laten we Grietus aan het woord, en hij gebruikt daarbij het voorbeeld van een cliënt die enorm heftige tijd achter de rug heeft en daarnaast moeite had met het taalniveau en theoretische insteek van de opleiding.
Wat is je meest uitdagende (maar succesvolle) casus tot nu toe geweest?
Dat is een recente casus. Het gaat om een jongeman die ik dit jaar in april, vrij kort na het ongeval dat hij had meegemaakt, ontmoette. Hij volgde op dat moment de twee jarige mbo niveau 2 opleiding tot beveiliger en was ten tijde van het ongeval ongeveer op de helft van zijn eerste jaar. In de periode tussen het ongeval (begin februari) en ons eerste kennismaking (medio april) had hij geen onderwijs gevolgd. Het doel waarmee we het traject ingingen was dan ook het weer op de rit krijgen van zijn onderwijstraject, op een manier die bij hem zou passen.
“In deze casus speelde ook de huisvesting van de jongere een rol. Hij woonde in een asielzoekerscentrum.”
Waarom was deze casus uitdagend voor jou als persoon?
Zowel voor de jongere zelf als ons is het soms zoeken naar wat er in het kader van belastbaarheid verstandig en haalbaar is. Met name in de trajecten die we relatief kort na het ongeval aanvangen, ligt hier een uitdaging. Zo ook in deze casus.
Tijdens het eerste gesprek werd al snel duidelijk dat de jongere een heftige periode achter de rug had. Inmiddels ging het weer een stukje beter, maar gaf hij aan nog lang niet de oude te zijn. Zowel fysiek (conditioneel) als mentaal (slaapproblemen, concentratie en stress) waren er problemen die hem in de weg zaten. In een vervolggesprek werd ook duidelijk dat hij moeite had met het taalniveau en de relatief theoretische insteek van zijn huidige opleiding.
Daarnaast speelde in deze casus ook de huisvesting van de jongere een rol. Hij woonde in een asielzoekerscentrum waar hij, door de toenmalige omstandigheden (corona, lawaai en beperkte privacy), geen goede plek had om te werken aan zijn herstel en zich te richten op school.
Wat heb je eraan gedaan om verder te komen in deze casus?
Een belangrijke stap is altijd het contact zoeken met de school. In dit geval kreeg ik in eerste instantie contact met de mentor. En later zat ik samen met de jongere om tafel met zowel decaan als orthopedagoog. Het doel van zo’n gesprek is in eerste instantie elkaar informeren over de ontwikkelingen tot nu toe. Vervolgens proberen we met zijn allen vooruit te kijken en te bepalen wat er in dit specifieke geval nodig is om het onderwijstraject zo optimaal mogelijk weer op de rit te krijgen.
“Vervolgens geef je adviezen die aansluiten bij zijn belevingswereld en manier van doen.”
Hoe heb je de jongere hierin meegenomen?
Ook dit is iedere keer weer maatwerk. In dit geval had ik te maken met een gemotiveerde jongere, die graag wilde, maar nog niet zo goed wist wat en hoe. Tijdens ons eerste begeleidingsgesprek (na het kennismakingsgesprek) maakten we een wandeling en gingen we dieper in op zijn situatie. Er komen dan altijd weer nieuwe dingen aan het licht, die soms belangrijk kunnen zijn voor onze aanpak. Zo’n wandeling leent zich ook goed voor een gesprek over zaken als energieverdeling, dag- en nachtritme en intensiteit van zowel fysieke als mentale belasting. Door te luisteren leer je hoe de jongere dit momenteel ervaart en aanpakt. Vervolgens geef je adviezen die aansluiten bij zijn belevingswereld en manier van doen.
Een drempel die deze jongere in dit geval over moest, was het deelnemen aan een schakelklas tot de zomervakantie. Hij zag dit niet meteen zitten en had het gevoel dat hij eerst wilde werken aan zijn fysieke herstel. In de basis is dit natuurlijk een logische reactie. Op zulke momenten zijn wij er om dit soort dingen bespreekbaar te maken. Je gaat dan het gesprek aan en legt uit wat de voordelen van zo’n tijdelijke klas kunnen zijn. Uiteindelijk ging hij hier in mee en heeft hij tot de zomer kunnen werken aan de algemene vakken en tevens zijn belastbaarheid kunnen aftasten en opbouwen.
“Gedurende een traject komen er soms nieuwe dingen aan het licht”
Hoe heb je de verzekeraar en belangenbehartiger erbij betrokken?
Na een intakegesprek stellen wij altijd een concreet begeleidingsplan op. Hiermee informeren wij op voorhand zowel jongere als verzekeraar en belangenbehartiger over de interventies waarmee wij de jongere verder willen gaan helpen.
Gedurende een traject komen er soms nieuwe dingen aan het licht. In dit geval werd steeds meer duidelijk dat de jongere stelselmatig slecht sliep. Logischerwijs droeg dit niet bij aan zijn herstel en zat het hem ook in de weg bij zijn onderwijstraject. Dit iets waar we gedurende het traject zowel verzekeraar als belangenbehartiger over informeren. In een tussentijds verslag legden we de situatie uit en telefonisch pleegden we overleg over te ondernemen acties.
Wat was het resultaat?
In overleg met zowel jongere als school besloten we, met name op basis van de opgelopen achterstanden, de beperkte belastbaarheid van de jongere en de moeilijkheidsgraad van de huidige opleiding, om vanaf het volgende schooljaar (vanaf september) te starten met een nieuwe opleiding.
Om deze reden zijn we vanuit LetsCo een toekomstoriëntatie-traject gestart en hebben we samen met de jongere gekeken naar zijn interesses en welke opleidingen goed bij hem en zijn situatie pasten. Uiteindelijk viel de keuze op de opleiding verkoper (mbo niveau 2). Met school werd geregeld dat de jongere op school (in het schoolcafé) in een vertrouwde omgeving zijn praktijkuren mocht lopen. Daarnaast werden er, in samenwerking met school, lesboeken en een leenlaptop geregeld.
Daarnaast is er een plan opgesteld voor de korte termijn (tot de zomervakantie) om de jongere te activeren, Zo konden we enerzijds de belastbaarheid blijven testen en anderzijds ook de overgang naar de start van de nieuwe opleiding in september konden verkleinen. In overleg school werd er voor gekozen om de jongere in een schakelklas te plaatsen. Dit is een klas waarin diverse jongeren plaatsnemen, met elk hun eigen situatie en uitdagingen. In het geval van onze jongere kreeg hij hier tot de zomervakantie de kans om weer aan ‘naar school gaan’ te wennen en daarnaast te werken aan de algemene vakken.
Na herhaaldelijke inmenging van zowel LetsCo als belangenbehartiger, kreeg de jongere uiteindelijk ook een nieuwe kamer binnen het azc toegewezen. Hiermee kwam hij terecht op een rustigere plek en verbeterde zijn nachtrust.
Alles bij elkaar lag er aan het einde van het traject een solide basis voor verder herstel en het op een duurzame manier voortzetten van zijn onderwijstraject.
Wat deed dat voor de jongere en jou?
Tijdens het eerste kennismakingsgesprek zat ik tegenover een jongere die een heftige periode achter de rug had. In zijn antwoorden merkte ik wel een zekere motivatie om vooruit te kijken, maar tegelijkertijd waren er voor hem ook nog veel vragen en onzekerheden.
Tijdens het begeleidingstraject heb ik met mijn kennis en ervaring geprobeerd deze vragen in te vullen en onzekerheden voor hem weg te nemen. Dit heb ik gedaan door het voortouw te nemen in de communicatie richting school, de oriëntatie op een nieuwe opleiding en in de communicatie richting azc met betrekking tot een betere slaapomgeving.
In plaats van ze te laten zwemmen in een plots veranderde situatie geven we onze jongeren hiermee concrete handvatten om hun toekomst verder zelf in te vullen. Dat is ook waar de voldoening in mijn werk ligt. Het verder helpen van de jongere, daar doen we het voor.
“Het is belangrijk dat we de samenwerking opzoeken”
Wat neem je hieruit mee naar andere cases?
Wat ik meeneem uit deze casus (en uit eerdere casussen) is dat je ten eerste de hulpvraag van de jongere zo concreet en helder mogelijk boven tafel krijgt; wat is er nodig om zijn of haar onderwijs weer op de rit te krijgen of te houden. Dat doen we door middel van een uitgebreid intakegesprek, maar ook door te informeren bij andere betrokken partijen. Zo had ik in dit dossier contact met bijvoorbeeld school, huisarts en het azc.
Daarnaast is het belangrijk dat we de samenwerking opzoeken. In dit dossier met name met school. Elkaar informeren en vervolgens in overleg een concreet en helder plan uitwerken. Belangrijk is dat je ook de jongere hierin meeneemt en hem of haar uitlegt en soms overtuigt waarom we bepaalde dingen willen doen.
Uiteindelijk wil je dat iedereen aan het zelfde touwtje trekt. Dan komt er schot in de zaak en dan kan de jongere stappen maken.